Dames sporten zijn nooit echt succesvol. Oké, het amateur dames voetbal is flink in opmars maar je zit het toch nog niet op tv met voor- na en tussenbeschouwingen. Een voetbalster die 13 miljoen per jaar verdient zie ik voorlopig nog niet gebeuren.
De enige uitzonderingen zijn met het schaatsten en olympische spelen. Vrouwen sporten zijn toch vaak de “mooie bezweten vrouwen in weinig kleding”-sporten. Dat is dan vaak ook het niveau. Kijk ik dan zelf nooit vrouwensporten? Jawel, Dameshockey. En toegegeven; de reden om de sport te gaan kijken hete Ellen Hoog en die valt onder de “mooie bezweten vrouwen”-categorie. Dat de sport daarnaast ook nog een bijzonder leuke kijksport is was een verassing. Een fijne verassing.
Het dames-hockey is gemaakt voor de kijker. De regels zijn gemaakt om er snelheid in te houden. Niets dus theater spelende sportsters die om de haverklap op het veld liggen in de hoop op een strafcorner of gewoon het spel destabiliseren. Nee, gaan liggen heeft geen zin en dus geen kreunende vrouwen op de grond. Hier is het devies snel opstaan en doorgaan. Vaak met een van pijn vertrokken gezicht. Liggen is een paar seconden minder een speler in het veld.
Ik was benieuwd of het mannen-hockey dan ook leuk was. Nee. Daar wel liggende theater spelende mannen, vertragend spel en veel gevloek, getier en gebeuk. Dames-hockey is daarmee de ideale kijksport. Mooie bezweten vrouwen die een goed op tempo, techniek en tactisch gebaseerde sport spelen. En dan ook nog goed winnen en glorieus dat vieren. Daar kan geen mannensport tegenop.